Wantrouwen

Wantrouwen is het omgekeerde van vertrouwen. Er is een welzijn  en on gegrond wantrouwen. Het is duidelijk dat we kinderen wantrouwen om hen te beschermen tegen gevaar. Kinderen zijn dan ook vaak kwetsbaar. Het is dan wel de moeite waard om op een concrete en weloverwogen manier dit te doen. Zo voorkom je het gevoel dat er gevaar ontstaat. Er is dan ook een groot gebied tussen naïviteit en wantrouwen, waar trustkrediet zich bevind. Ook is het zo dat wantrouwen een negatief effect kan hebben op de mentale gezondheid en de fysieke gezondheid.

Oorzaken van wantrouwen

De belangrijkste oorzaak van wantrouwen is dat er moeilijke ervaringen uit de kindertijd gebeurd zijn door de ouders. Wanneer de ouders inspelen op de behoeften en hieraan voldoen, leert het kind dat de omgeving vriendelijk en veilig is. Wanneer de ouders echter om de een of andere reden niet voldoen aan de verwachtingen van het kind of dit selectief doen, heeft het kind ervaring met veel onvoorspelbaarheid van gedrag en onzekerheid. 

 

In de bevrediging van de behoeften van het kind gaat het niet erom dat de ouders van tevoren aan de verwachtingen voldoen, voordat het kind hier zelf over zal gaan communiceren. Het gaat dan ook niet om het volledig weghalen van de frustratie of de optimale dosis o stress uit het leven van hun. Veilige en voorspelbare omstandigheden van het leven voor een kind waarin het kind de ervaring oprecht leuk vind, een relatie met het kind aan gaan op een eerlijke en vriendelijke manier om zo op zijn behoeftes te reageren.

 

Het is dan ook belangrijk om consistent te blijven hierin, omdat er momenten zijn waar de ouders al hun taken ten opzichte van het kind gaan uitvoeren, maar dit dan doen met een sterk negatieve emotionele belasting. De combinatie hiervan zorgt met de negatieve emoties voor gevolgen voor het kind zijn vertrouwen.

 

Beperkt vertrouwen in anderen kan ook worden veroorzaakt door omstandigheden op latere leeftijd. Denk hierbij aan geweld, verraad, intimidatie, moeilijke scheiding of een trauma. Als deze omstandigheden een persoon met een relatief sterke persoonlijkheidsstructuur raken, kan tijdelijke desintegratie optreden, waarbij zelfs therapie nodig kan zijn. Dit niet op lange termijn.

Het is dan ook zo dat wantrouwen tegen achterdocht een symptoom is van ziektes, zoals het syndroom van Othello, neurotische stoornissen, angst en nog meer. Het is echter ook altijd gebaseerd op persoonlijkheidskenmerken. Deze zijn vooral in de kindertijd gevormd, in de relatie met ouders, sfeer in het huis en op basis van latere levenservaringen, belangrijke relaties en eerdere relaties.

Symptomen van wantrouw

Bij iemand die last heeft van wantrouwen komen er niet alleen emoties maar ook relaties en andere relaties met mensen in gevaar. Een constante overdenking is niet het domein van personen met een paranoïde persoonlijkheidsstoornis. Deze problemen met vertrouwen kunnen bij een persoon dan ook in de volgende handelingen aan bot komen.

 

  • Ernstige zorgen maken over de toekomst
  • Problemen bij het oplossen van conflicten
  • Gebrek aan vermogen om over eigen emoties te spreken
  • Laagt zelfbeeld
  • Angst om fouten te maken. Faalangst
  • Een gevoel van schaamte hebben
  • Overmogen om hekte, lonende relaties met andere aan te gaan
  • Terughoudendheid om anderen dicht bij hen toe te laten
  • Gevoel van vervreemding
  • Geloof in negatieve attitudes, slechte bedoelingen die anderen dan hebben
  • Om iemand uit zijn functie te halen
  • Overmatige controle willen hebben

Behandeling van wantrouwen

De behandeling is vooral gebaseerd op ontmoetingen met een psychiater. Therapie in combinatie met farmacologische geneesmiddelen en farmacologische maatregelen. Psycho-educatie en psychotherapie spelen een grote rol in de behandeling. Beide van deze elementen zullen de medicamenteuze behandeling effectief aanvullen. De psycho-educatie bestaat uit een deelname aan groeps- of individuele bijeenkomsten. De behandeling kan ook ondersteund worden door andere therapieën. Denk hierbij aan een ontspanningstechniek, medicatie, dansen,. Psychodrama en het werken met leuke en vooral ook kalmerende dieren. Bovendien kan het gebruik van geneesmiddelen worden geïndiceerd in het geval dat de angst., depressie of het verschijnen van waanstoornissen van toepassing zijn.  Het is wel zo dat farmacotherapie symptomatisch is.